Snoei
Bomen die niet in hun natuurlijke habitat groeien moeten worden gesnoeid. De standplaats van de boom bepaalt welke eisen we stellen. Jonge bomen krijgen periodiek een begeleidingssnoei om een goed ontwikkelde blijvende kroon te verkrijgen en de gewenste takvrijestamlengte.
Bij volwassen bomen kan een onderhoudssnoei nodig zijn om dood hout te verwijderen en schade op te lossen. Het aspect veiligheid is hier doorgaans van doorslaggevend belang.
In uitzonderlijke omstandigheden wanneer bijvoorbeeld de boven- of ondergrondse groeiruimte verandert kan het aangewezen zijn om bomen zwaar te snoeien. Uitlichten , uitdunnen of kandelaren zijn mogelijke beheersmaatregelen.
Knotbomen worden om de 5à7 jaar afhankelijk van de boomsoort gesnoeid.